top of page

Fascie en connective tissue

Bijgewerkt op: 24 mei 2019

Zowel osteopathie als cranio werken met fascie en connective tissue. Cranio steunt daarmee ook mede op het wetenschappelijk onderzoek wat de osteopathie onderbouwt. Beide vakken hebben veel overlap en liggen daardoor dicht tegen elkaar aan. Fascie is bindweefsel, dat een belangrijke rol speelt in de propriocepsis en coördinatie van beweging. Fascie bestaat uit collagene en elastische vezels als ook cellen (fibroblasten) die een chemische substantie uitscheiden: hyaluronzuur. Hyaluronzuur zorgt ervoor dat fascielagen over elkaar heen kunnen glijden en schuiven binnen contractie Fascie en relaxatiefases. Stecco toonde het belang aan van de fascie en het ontbreken van mobiliteit daarvan, als primaire oorzaak van problemen in het bewegingsapparaat. Wanneer musculatuur wordt overbelast of er teveel repeterende bewegingen zijn, krijgt de fascie een hogere tonus en densiteit en verliest daarmee tevens de mogelijkheid om hyaluronzuur uit scheiden. Daarmee blijft de spier in spanning en verliest een deel van zijn mobiliteit. Binnen de fysiotherapie is de remedie vooral actief bewegen en rekken. Binnen de visie van cranio zit daar nog een fase voor. Eerst zullen de voorwaarden voor bewegen optimaal moeten zijn. Zoveel mogelijk lokale ontspanning (op plaatsen waar spanning zich voordoet) en daarmee maximale doorbloeding in het weefsel, waardoor uitscheiding van hyaluronzuur beter gewaarborgd wordt, geeft een milieu waarin bewegen, rekken en strekken minder blessures veroorzaken (Stecco J. D., 2010). En vervolgens, als een optimale homeostase is bereikt, worden oefentherapie en coördinatietraining belangrijk om deze weer op te nemen in de functie van het bewegingssysteem.

Veel fysiotherapeuten missen dit stuk in hun vak en vinden daarom de weg naar osteopathie en cranio sacraal therapie.


30 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page